De toelaatbaarheid van het herdenken van de geboortedag van de Profeet
Alle lof behoort toe aan Allah, en moge Allah de rang van de Profeet Moehammed, sallallahoe ^alayhi wasallam (Arabisch: صلى الله عليه وسلم), verhogen, en zijn gemeenschap beschermen tegen datgene dat hij het meest voor hen vreesde.
Moslims over de hele wereld wachten op de 12e van de maand Rabbie^ El-Auwwal (Arabisch: ربيع الأول) om de geboorte van de Profeet Moehammed sallallahoe ^alayhi wasallam te herdenken. De Profeet Moehammed werd geboren op een maandag, hij ontving de openbaring op een maandag op 40-jarige leeftijd, hij emigreerde naar Medina op maandag en hij stierf ook op een maandag. Er is overgeleverd dat de Profeet gevraagd werd naar de reden waarom hij elke maandag van elke week vastte en de Profeet sallallahoe ^alayhi wasallam zei: “Dit is een dag waarop ik geboren ben”. Dit betekent dat het een goede daad is om die dag te vasten als teken van dankbaarheid aan Allah, Die de Profeet Moehammed naar ons gestuurd heeft. De overlevering toont dus aan dat het aangeraden is om een daad van aanbidding te verrichten op de geboortedag van de Profeet, en om dit te herhalen om deze grote gunst die Allah aan ons heeft geschonken te blijven herinneren.
Er is een overleving die vertelt dat de Profeet Moehammed sallallahoe ^alayhi wasallam op een gegeven dag in Medina een groep ongelovigen tegenkwam die aan het vasten waren op de 10de dag van Muharram (Arabisch: مُحرم), wat de dag van ^Ashura (Arabisch: عاشوراء) is. De Profeet vroeg hen naar de reden van hun vasten, en zij antwoordden: “Dit is een dag waarop Allah de overwinning op de Farao aan Mozes heeft geschonken”. De Profeet zei toen tegen hen: “Wij zijn Mozes meer waardig dan jullie”. En hij heeft die dag, de 10de van Muharram gevast, en zei toen: “Als ik volgend jaar nog in leven ben, dan vast ik de 9e dag ook.”
De Profeet sallallahoe ^alayhi wasallam vastte die dag om een grote gunst in het leven van een andere Profeet te gedenken. Dit toont aan dat het een prijzenswaardige daad is om extra daden van aanbidding te verrichten om een grote gunst van Allah te gedenken. Bovendien nam de Profeet zich voor om dit jaarlijks te herhalen, en hiermee Allah dank te betuigen voor deze gunst. Op basis van deze gebeurtenis hebben de geleerden dan ook geoordeeld dat het toegestaan is, en zelfs aangeraden, om de geboortedag van de Profeet Moehammed ieder jaar te gedenken. Dit om onze dankbaarheid te uiten aan Allah vanwege het sturen van de Profeet naar ons. Dit kunnen we doen door op deze dag een aantal daden van aanbidding te verrichten, zoals het reciteren van de koran, het loven van Allah, het loven van de Profeet en het uitdelen van voedsel aan de armen. Al deze daden zijn goede en aanbevolen daden. Allah heeft in Zijn Koran gezegd dat wij de Koran moeten reciteren. En de Profeet sallallahoe ^alayhi wasallam heeft ons verteld over de grote beloning die hiermee te verkrijgen valt. ^Abdoellah de zoon Mas^oed (Arabisch: عبد الله بن مسعود) heeft overgeleverd dat de Profeet heeft gezegd, wat betekent: “Wie een letter leest van het Boek van Allah, op de juiste manier en met de juiste intentie, verdient hier tien eenheden van beloning (Arabisch: hasanah, حسنة) mee. Ik zeg niet dat Alif-Lam-Miem (Arabisch: ألم) een letter is, maar Alif is een letter, Lam is een letter en Miem is een letter”.
Ook het loven van Allah behoort tot de aanbevolen daden. Hieronder vallen dingen zoals het zeggen van, SoebhanAllah (Arabisch: سبحان الله), El-hamdoelillah (Arabisch: الحمد لله) en dergelijke. De Profeet heeft gezegd, wat betekent: “Er zijn twee uitspraken die licht zijn voor de tong, maar die zwaar wegen op de Weegschaal op de Dag des Oordeels: Soebhaan-Allahi wa bihamdihi (Arabisch: سبحان الله وبحمده), Soebhan-Allaahil-^Adhiem (Arabisch: سبحان الله العظيم)”. (Ik dank Allah Degene Die vrij is van alle imperfecties). De Profeet heeft gezegd, wat betekent: “Ik zeg Estaghfiroellah (Arabisch: استغفر الله) (Allah vergeef mij) 100 keer per dag”.
Er is ook bevestigd in de Hadieth (Arabisch: حديث) dat de metgezellen de Profeet hebben geprezen, wat aantoont dat dit ook een goede daad is, want de Profeet heeft hen nooit gezegd om dit niet te doen. Het loven van de Profeet gebeurde op meerdere gelegenheden. Individuele personen hebben dit gedaan, maar soms gebeurde het ook in groepsverband. El-^Abbas (Arabisch: العباس) (de oom van de Profeet) heeft eens gezegd: “Oh Boodschapper van Allah, ik heb een gedicht geschreven om u te prijzen, en ik zou het graag aan u willen voordragen.” De Profeet heeft hem toegestaan om dit te doen, en zei tegen hem: “Spreek het uit, en moge Allah je tanden beschermen”. In dit gedicht beschreef El-^Abbas onder andere hoe de gehele wereld verlicht werd tijdens de geboorte van de Profeet. Aangezien de Profeet een smeekbede (Arabisch: doe^aa’, دعاء) voor hem deed, toont dit aan dat het loven van de Profeet door deze metgezel een goede daad was. Er zijn ook voorbeelden van het prijzen van de Profeet in groepsverband. Er is overgeleverd van Imam Ahmad dat er eens een groep uit Abessinië (het huidige Ethiopië) naar de moskee van de Profeet kwam, waarbij ze de Profeet begroetten met een dans waarbij zij sprongen op één been. Zij deden dit uit blijheid vanwege het feit dat zij de Profeet konden ontmoeten en hebben hierbij gezegd wat betekent: “De Profeet is een rechtvaardig persoon”.
Het verrichten van zulke goede daden uit dankbaarheid aan Allah voor de geboorte van de Profeet is voor het eerst ingevoerd door de koning van Irbil (Arabisch: إربل), El-Malik al-Mudzaffar (Arabisch: الملك المُظفّر), in de 3e eeuw na Hidjrah (Arabisch: هجرة). Deze koning regeerde in Irak en was een rechtvaardige en vrijgevige leider. Hij dacht dat het een goed idee was om mensen bij elkaar te brengen op de geboortedag van de Profeet, zodat iedereen daar van kon profiteren. De geleerden in zijn tijd hebben dit goedgekeurd, en zelfs de koning geprezen voor dit idee. Zij hebben zich dan ook gehaast om een boek te schrijven speciaal voor deze viering. Naast het reciteren van de Koran en de verhalen over de Profeet, werden er door de koning ook vele dieren geslacht, waardoor de armen en behoeftigen ook een feestmaal kregen.
De geboorte van de Profeet
Amina raakte in verwachting van de Profeet sallalahoe ^alayhi wasallam op de eerste nacht van de maand Radjab (Arabisch: رجب). Vanaf die dag gebeurden er al wonderbaarlijke dingen, ten teken van de hoge status van het kind dat zij in zich droeg. Zij zag bijvoorbeeld altijd een aantal vogels boven zich. Bovendien gaf ze aan dat ze tijdens haar zwangerschap nooit meemaakte wat andere vrouwen aan ongemakken meemaakten. En wanneer zij water uit de bron wilde halen, rees het water naar de bovenkant van de bron, zodat zij het er zonder moeite uit kon halen. Bovendien hoorde zij de tesbieh (Arabisch: تسبيح) van de Engelen om haar heen. Toen zij haar man ^Abdoellah (Arabisch: عبد الله) over deze dingen vertelde, zei hij: “Dit zijn tekenen dat je in verwachting bent van een zeer speciaal persoon, en deze dingen gebeuren ter ere van dit kind”. Ook had Amina een droom die zei deelde met haar man, zij zei: “In mijn droom zag ik een enorm grote boom, en aan in deze boom zaten sterren. Toen ik naar de grootste, meest heldere ster van allemaal keek, viel deze van de boom, in mijn schoot. Toen hoorde ik een stem die zei: “Ontvang het goede nieuws, o Amina, je bent in verwachting van de meester van de werelden”. Toen stelde ^Abdoellah voor om naar Galifa de zoon van ^Attaab (Arabisch: خليفة بن عتاب) te gaan, die haar droom zou kunnen uitleggen. Galifa zei: “De boom staat symbool voor de Profeet Ibrahiem (Arabisch: إبراهيم). En de sterren die er aan zaten, staan symbool voor de Profeten die van hem afstammen. En de grootste en helderste ster van allemaal, is een Profeet die in deze tijd komt. Allah zal hem de overwinning schenken, hij zal alle afgodsbeelden omver werpen, en hij zal het juiste geloof verspreiden. Dat deze ster in jouw schoot viel, betekent dat je in verwachting bent van deze Profeet en hem zult baren”.
Amina (Arabisch: ءامنة) heeft ook verteld over andere wonderbaarlijke gebeurtenissen, ze zei: “In de eerste maand van mijn zwangerschap kwam er een man naar mij, en hij wees naar mijn buik. En hij zei, 'O Amina, hoeveel geluk heb jij, je bent in verwachting van de meester der werelden, de Profeet Moehammed'. Toen vroeg ik hem wie hij was, en hij antwoordde: “Ik ben Adam”. De volgende maand kwam de Profeet Shieth (Arabisch: شيث) naar haar, en iedere maand daarna kwam er een andere Profeet die haar het goede nieuws bevestigde. Na ongeveer 3 maanden zwangerschap werd ^Abdoellah erg ziek en hij kwam te overlijden, waardoor de Profeet als een wees geboren zou worden. In de negende maand kwam uiteindelijk de Profeet Jezus (Arabisch: ^Iesaa, عيسى) bij Amina, en hij vertelde haar dat in deze maand de Profeet geboren zou worden.
In de nacht van de 12e Rabbie^ El-Auwwal was Amina alleen in huis, ^Abdoel-Moettalib had de deur gesloten, zodat zij veilig was in haar huis. Zij voelde toen dat de baby geboren zou worden, en begon te huilen omdat ze alleen was. Toen zag ze in de kamer 4 vrouwen die om haar heen gingen zitten en haar troostten. Ze voelde zich door hun op haar gemak gesteld, en vroeg: “Wie zijn jullie, dat Allah jullie naar mij heeft gestuurd op dit kritieke moment om mij te helpen en mijn moeilijkheden te verlichten?” De vier vrouwen waren Maryam, de dochter van ^Imraan (Arabisch: مريم بنت عمران) (Maria de moeder van Jezus), Sara de vrouw van Profeet Ibrahiem (Arabisch: إبراهيم), Hadjar (Arabisch: هاجر), de moeder van Profeet Isma^iel (Arabisch: إسماعيل) en Asieya (Arabisch: ءاسية), de vrouw van de Farao (Arabisch: فرعون). Deze vier grootste vrouwen kwamen bij haar op dit moment. Toen zag Amina een Engel verschijnen met 3 vlaggen in zijn handen, waarvan hij er één in het oosten, één in het westen en één op Masdjid El-Haraam (Arabisch: المسجد الحرام) (de grote moskee in Mekka) plaatste. Daarna begon zij zich dorstig te voelen, waarover ze klaagde. Toen verscheen er een Engel uit de lucht met een emmer water uit het Paradijs. Dit water is zoeter dan honing, heeft een geur die lekkerder is dan muskus en het is witter dan melk. Ze dronk ervan en voelde hierdoor blijheid. Op een gegeven moment voelde ze dat het kind zou komen, toen er een Engel verscheen die zijn vleugel over haar buik spreidde. Hij zei: “Kalm, O Boodschapper van Allah”. De uiteindelijke geboorte was erg gemakkelijk voor Amina. En de Profeet werd met een doorgesneden navelstreng en al besneden geboren. Bij de geboorte steunde hij op zijn handen en keek naar boven, terwijl een groot licht verscheen tegelijk met zijn geboorte. Dit licht was zo sterk dat de paleizen in Busra (Arabisch: بصرة) verlicht werden en Amina deze kon zien.
Na één van de veldslagen was een moslim, Zayd de zoon van Ad-Dathinna (Arabisch: زيد بن الدثنة), gevangen genomen door de ongelovigen. Toen zij hem wilden doden, vroeg Aboe Sufjaan (Arabisch: ابو سفيان), die toen nog ongelovig was, aan hem; “Zou je niet wensen, Zayd, dat het nu Moehammed was die in jouw plaats was, en dat jij thuis bij je familie was?” Zayd antwoordde: “Ik zou zelfs niets zoals een prik van een doorn toewensen aan Moehammed. Zelfs niet als het mij naar mijn huis en familie zou terugbrengen.” Aboe Sufjaan heeft gezegd: “De liefde zoals de metgezellen hadden voor Moehammed heb ik nooit ergens anders gezien”.
De Profeet heeft gezegd, wat betekent: “Ik vraag nadrukkelijk om goed te zorgen voor mijn geliefden.” Waarop de metgezellen zeiden: “Zijn wij niet uw geliefden?” De profeet antwoordde: “Jullie zijn mijn metgezellen. Diegenen zullen ver na jullie komen, zij wensen dat ze mij zouden kunnen zien in ruil voor al hun rijkdommen en kinderen, dat zijn mijn geliefden”.