De Geloofsgetuigenissen

De enige ware godsdienst is de Islam. Het is ook de enige godsdienst die Allah accepteert van Zijn schepsels. Degene die de Islam volgt, zal voor eeuwig gelukkig zijn in het Hiernamaals. Allah heeft de Profeten gestuurd en ze waren allemaal betrouwbare en eerlijke mannen. Allah heeft ze gestuurd om de mensen de geloofsovertuiging van de Islam te leren. De Profeten leerden de mensen de regels van de Islam en de beste levenswijze. Alles wat de Profeten ons hebben geleerd, is het beste voor ons in dit leven en in het Hiernamaals.

De Islam is het ware geloof. De Koran wijst ons naar de goede en de juiste manieren. Als wij ons aan de regels van de Islam houden, zijn wij gelukkig. De Islam leren is heel belangrijk. Als iemand de regels van de Islam niet leert, kan hij de verplichtingen niet juist verrichten. Om de verplichtingen juist te kunnen verrichten, moet men het eerst goed leren. Als we ons aan de regels van de Islam houden, dan zijn er geen slechte verhoudingen tussen de mensen en zijn er veel minder problemen.

De Islam is de godsdienst van alle Profeten. Alle Profeten waren moslims. Zij geloofden allemaal dat Allah de Enige God is en dat Hij geen partner in de Goddelijkheid heeft. De eerste Profeet was Adam (Arabisch: ءادم) en de laatste Profeet was Moehammed (Arabisch: محمَّد). Daartussen waren er andere Profeten, zoals de Profeten Noach (Arabisch: Noeh, نوح), Abraham (Arabisch: Ibrahiem, ابراهيم) Mozes (Arabisch: Moesa, موسى) en Jezus (Arabisch: ^Iesaa, عيسى). moge Allah hun status allemaal verhogen. Zij hadden allemaal dezelfde geloofsovertuiging van de Islam. Alle Boodschappers waren betrouwbaar. Zij bevolen hun volk om te geloven in één God, Allah. Daaruit weten we dat de Islam de godsdienst van alle Profeten en Boodschappers is. 

Wij moeten ons tot onze dood aan de Islam houden, zodat we in het Hiernamaals voor eeuwig gelukkig zijn.

Wat zijn de twee Geloofsgetuigenissen?

De twee Geloofsgetuigenissen zijn:

Ik getuig dat er geen andere God is dan Allah en ik getuig dat Moehammed de Boodschapper van Allah is.

De twee Geloofsgetuigenissen bevestigen dat alleen Allah de Goddelijkheid heeft en ze bevestigen de ontvangst van de missie van het Profeetschap door de Profeet Moehammed. En ze verwerpen de Goddelijkheid van ieder ander dan Allah.

Allah is de Enige God, er is geen andere God dan Hij. Allah heeft geen partner in de Goddelijkheid.

De eerste Geloofsgetuigenis betekent o.a. dat niets en niemand de aanbidding verdient dan Allah, de Schepper van alles. Allah bestaat zonder plaats, Allah is niet boven de Troon en niet in de hemelen. Allah lijkt nergens op.

Allah bestaat, en er is geen twijfel over Zijn bestaan. Allah bestond eeuwig, dat wil zeggen zonder een begin, en er bestond niets anders dan Hij. Allah bestond eeuwig en er bestond niets van de schepping. Dus er bestond niets anders dan Hij. Allah bestaat, maar Zijn bestaan lijkt niet op het bestaan van de schepsels. Hijzelf lijkt ook niet op de schepsels. Allah bestond eeuwig, zonder een begin, en de plaats bestond niet. Allah heeft alle plaatsen geschapen, zoals het Paradijs, de Hemelen, de aarde en alle andere planeten. Daaruit weten wij dat Hij nu is zoals Hij was voordat Hij de plaatsen schiep. Hij bestaat zonder plaats en Hij heeft geen plaats nodig. Allah heeft geen lichaam en geen vorm. Allah heeft geen begin, Hijzelf en Zijn Bestaan hebben geen begin. Allah is Degene en de Enige Die geen begin heeft. Allah bestaat zonder begin, maar al het verdere bestaan heeft wel een begin.

Deze wereld verwijst naar het bestaan van Allah, Degene Die niet op de schepping lijkt. Want volgens de logica is het onmogelijk dat er een daad bestaat zonder dader of dat er een schrift is zonder schrijver. Dus voor deze wereld is er zeker een Schepper en dat is Allah, Degene Die nergens op lijkt.

Wij geloven in het bestaan van Allah zonder hoe en zonder plaats. Dus zonder vorm of formaat of soortgelijke eigenschappen van de schepsels. Zijn bestaan is zonder plaats, zonder ruimte te vullen, zonder leegte en niet in een richting.

Allah is de Schepper en alles is geschapen, behalve Hij. Allah heeft alle soorten schepsels geschapen. De hele wereld is door Allah geschapen, in zijn soort en in zijn samenstelling. Allah is de Schepper en Hij heeft alles geschapen.

Allah weet alles over alle schepsels en niets is verborgen voor Hem. Wat Allah wil, dat gebeurt en wat Allah niet wil, zal niet plaatsvinden. Niets en niemand kan Zijn Wil tegenhouden. Zowel het goede als het kwade gebeurt met Zijn Wil. Maar Allah heeft de mensen bevolen om het goede te doen.

De moslims geloven dat Allah de Schepper is en Hij lijkt op niets. Hij is De Enige Schepper en Hij is De Enige Die de aanbidding verdient. Hij heeft niets en niemand nodig, maar alles en iedereen heeft Hem nodig. De onwetendheid, de plaats, de richting, het lichaam, de ziel, het orgaan, de kinderen, de verandering of de zwakheid zijn allemaal zaken waarvoor het onmogelijk is om ze aan Allah toe te schrijven. Alles wat men in zijn gedachten kan voorstellen, daar lijkt Allah niet op.

Allah heeft niets en niemand nodig. Iemand of iets nodig hebben, is een eigenschap van de schepsels en Allah lijkt niet op de schepsels.

Allah is de Oneindige. Een einde hebben is onmogelijk om aan Allah toe te schrijven. Volgens de logica is het onmogelijk dat Allah een einde heeft. Iemand die een einde heeft, is machteloos. Allah is de Almachtige en de Oneindige.

Allah is Degene Die de gunstige dingen geeft die de mensen verkrijgen. Zoals wat we verdienen en waarvan we kunnen leven.

Allah is de Alwetende. De Kennis van Allah is Eeuwig en Oneindig, dus het heeft geen begin en geen einde. De Kennis van Allah verandert niet en het wordt niet meer of minder. De Kennis van Allah wordt niet vernieuwd en het lijkt niet op de kennis van de mensen. Allah lijkt niet op de menselijke wetenschappers, want Zijn Kennis is Eeuwig en Oneindig en de kennis van de mensen is geschapen.

Dingen komen tot bestaan door Allah’s Eeuwige Wil, Macht en Eeuwige Kennis en Zijn Voorbestemming. Hij heeft alles geschapen en er is geen andere Schepper dan Allah.

Allah is de Almachtige. Allah heeft de Macht over alles en iedereen.

Allah is Degene Die alles doet zoals Hij het wil. Alles wat in deze wereld gebeurt, gebeurt met de Wil van Allah, Degene Die op NIETS lijkt. Als Allah wil dat er iets zal gebeuren, dan gebeurt het. Niemand kan de Wil van Allah tegenhouden. Allah doet alles wat Hij wil, zonder moeite en niemand kan dat tegenhouden. Allah heeft niemand nodig om Zijn Wil te laten gebeuren. Allah heeft er ook geen hulpmiddelen voor nodig. Niemand kan Zijn Wil veranderen, Hij heeft de Macht over alles. Wat Allah heeft gewild, zal gebeuren en wat Allah niet heeft gewild, zal niet gebeuren. De Wil van Allah verandert niet. Als iemand iets heeft gewild en het verandert of het gebeurt niet, dan is dat een bewijs dat diegene geschapen is. Het geschapen zijn, is onmogelijk om aan Allah toe te schrijven. Wat Allah voor de schepsels gewild heeft, zal gebeuren en niemand kan Zijn Wil veranderen.

Hij heeft niets en niemand nodig en alle anderen hebben Hem wel nodig. De hele wereld heeft Allah nodig, maar Allah heeft niets en niemand nodig.

Allah lijkt niet op de schepsels, want Allah lijkt nergens op. Allah lijkt op niets en niemand van de schepsels, op geen enkele manier. Allah lijkt nergens op. Elk denkbeeld dat je kan bedenken, daar lijkt Allah absoluut niet op. Allah lijkt op geen enkel denkbeeld, want Allah lijkt nergens op. Allah is geen licht, geen geest, geen wind, geen boom en geen mens. Dat allemaal is onmogelijk om aan Allah toe te schrijven.

Volgens het gezonde verstand is het duidelijk dat Allah geen begin heeft. Aangezien het Bestaan van Allah zonder begin is, zijn ook al Zijn Eigenschappen die Hij heeft zonder begin. Omdat een geschapen eigenschap vereist dat degene die deze eigenschap heeft zelf ook geschapen is. Als iets een begin heeft, betekent dat dat het er eerst niet was en later tot bestaan kwam. Het is van het niet-bestaan naar het bestaan gebracht, dus het is veranderd. Degene die verandering ondergaat, heeft iemand nodig die hem veranderd heeft. Voor degene die iets of iemand nodig heeft, is het onmogelijk dat Hij de Eeuwige God is. Diegene is dan een schepsel dat geschapen is. Aangezien het Bestaan van Allah Eeuwig en Oneindig is, zijn al Zijn eigenschappen die Hij heeft Eeuwig en Oneindig. Omdat een geschapen eigenschap vereist dat degene die deze eigenschap heeft zelf ook geschapen is.

De tweede Geloofsgetuigenis:

De tweede Geloofsgetuigenis houdt o.a. in dat Profeet Moehammed, de zoon van ^Abdoellah (Arabisch: عبد الله), een Boodschapper van God is. De Profeet Moehammed was in Mekka (Arabisch: Makkah, مكة) geboren en hij is in Medina (Arabisch: Al-Madienah, المدينة) begraven. Hij werd gestuurd om de boodschap van Allah aan de mensen en de djinn door te geven. En om te werken met de Geopenbaarde Wetten die de Profeet heeft ontvangen. De moslims geloven dat alles waar is wat de Profeet Moehammed over Allah verkondigd en verteld heeft.

Ik getuig dat Moehammed de Boodschapper van Allah is. Dat betekent ik weet, ik geloof in mijn hart en ik verklaar met mijn mond dat Moehammed de Boodschapper van Allah is.

Het weten of het kennen zonder erin te geloven, is niet voldoende. Je moet het weten en tegelijkertijd geloven. Men moet erin geloven en dit accepteren.

De geloofsovertuiging van de tweede Geloofsgetuigenis is om te geloven dat de Profeet Moehammed de Boodschapper van God is. Hierna volgen een aantal onderwerpen. Degene die in de Profeet Moehammed als Boodschapper gelooft, gelooft ook in alles wat hij verteld heeft. Hij gelooft ook dat het waar is. Hij ontkent niets van wat de Profeet verteld heeft. Hij gelooft ook dat de Profeet niet liegt en altijd de waarheid zegt.

Er zijn bekende onderwerpen waarover de Profeet verteld heeft. Deze onderwerpen zijn bekend voor de geleerden onder de moslims en voor de gewone moslims. Zelfs de mensen die niet veel van het geloof geleerd hebben, kennen deze ook. Het is verplicht om in deze onderwerpen te geloven. Het geloven in deze onderwerpen is een gevolg van het geloven in de tweede Geloofsgetuigenis. Degene die gelooft dat de Profeet een Boodschapper van God is, gelooft in alles wat de Profeet gezegd heeft. Als iemand zegt ik geloof in de Profeet maar ik geloof niet in alles wat hij verteld heeft, dan is hij geen moslim. Zolang hij een onderwerp ontkent waarover de Profeet verteld heeft, is hij geen moslim.

Wij geloven in alles wat de Profeet Moehammed, ﷺ moge Allah zijn eer en status verhogen, gezegd heeft. Wij accepteren het ook volledig en wij volgen hem hierin. Voor degenen die dat accepteren, zal dat goed zijn. Ze zullen voor eeuwig gelukkig zijn in het Hiernamaals. Wij blijven de Profeet volgen in alles wat hij gezegd heeft. Wij houden ons hieraan en we verlaten dit nooit.

Als iemand als moslim doodgaat, gaat hij uiteindelijk zeker voor eeuwig naar het Paradijs. Zelfs als hij in zijn leven niet alle verplichtingen heeft verricht en niet alle zonden heeft vermeden.

De moslims die zich aan alle regels van de Islam hebben gehouden, krijgen de beloning in het graf. Bijvoorbeeld dat het graf breder en groter wordt gemaakt.

De mensen die in Allah geloofden, gaan naar het Paradijs. Gelovigen zijn degenen die het juiste geloof in Allah hadden en die ook geloofden in de Boodschappers van Allah die Hij hun gestuurd heeft. Deze gelovigen hebben het ware geloof de Islam gevolgd en zij gaan voor eeuwig naar het Paradijs. Allah heeft het Paradijs voor hen geschapen. Het leven in het Paradijs is beter dan elk leven op de aarde dat de mens zich voor kan stellen. Degenen die in het Paradijs zijn, beleven het genot in het Paradijs geestelijk en lichamelijk. Zij hebben dan een nieuw en mooi lichaam, maar zonder defecten. Het Paradijs is echt, zeer reëel en daadwerkelijk. In het Paradijs is er prachtige rijkdom en heerlijk voedsel. Alle gelovige moslims in het Paradijs hebben dezelfde leeftijd, hun leeftijd is 33 jaar. Ze zijn allemaal mooi qua uiterlijk. Degene die naar het Paradijs gaat, sterft niet, wordt niet ziek, wordt niet verdrietig, wordt geen bejaarde en wordt niet moe.

Alle moslims gaan naar het Paradijs. Degene die naar het Paradijs wil, moet eerst moslim zijn. Als iemand moslim wordt, vergeeft Allah al zijn of haar zonden. Alle zonden die iemand ooit gedaan heeft, worden allemaal vergeven op het moment dat hij of zij moslim wordt. Als iemand moslim wordt, kan hij beloning krijgen voor zijn goede daden. Zolang hij geen moslim is, verdient hij geen beloning voor zijn goede daden. Hoe meer beloning je hebt in het Hiernamaals, hoe meer je genot is.

Er was een Joodse jongeman die de Profeet diende. Hij werd ziek. De Profeet ging hem bezoeken. Hij ging bij zijn hoofd zitten. Hij zei tegen hem: "Wordt moslim". Hij keek zijn vader aan die erbij was. Zijn vader zei tegen hem: "doe wat Abal-Qasim zegt". Toen werd hij moslim. De Profeet ging bij hem weg terwijl hij zei: "ik dank Allah, Degene Die hem van het hellevuur gered heeft".

moslim worden, is iets wat heel makkelijk is. Als iemand moslim wordt, zal hij uiteindelijk naar het Paradijs gaan, zelfs als hij zich niet aan alle regels van de Islam houdt.

Degene die geen moslim is, kan moslim worden door het weten, het geloven en het uitspreken van de twee Geloofsgetuigenissen, met de intentie om in de Islam te treden en de blasfemie te verlaten.

De twee Geloofsgetuigenissen zijn:

In het Nederlands: Ik getuig dat er geen andere God is dan Allah en ik getuig dat Moehammed de Boodschapper van Allah is.

Als men de 'H' niet kan uitspreken, dan zegt hij of zij: Ik getuig dat er geen andere God is dan Allah en ik getuig dat Abal-Qasim de Boodschapper van Allah is.

In het Arabisch:

 أشهدُ أنْ لا إلهَ إلاَّ اللهُ وأشهدُ أنَّ محمّداً رسولُ الله

(Asj-hadoe ‘al-la ‘Ilaha ‘Il-Lal-laah, wa ‘asj-hadoe ‘anna Moehammadar-Rasoeloel-laah.)

Deel deze pagina




GERELATEERDE ARTIKELEN