De vijf Gebeden
Salim is een jongen van vier (4) jaar oud. Op een dag zag hij zijn broer Karim op een gebedskleed staan. Terwijl zijn broer Karim daar stond, zei hij: “Allahoe akbar.” Daarna ging Karim El-Fatihah uitspreken.
Op dat moment vroeg Salim zijn broer Karim om met hem te gaan spelen. Maar Karim gaf geen antwoord aan Salim en bleef op zijn plek staan en ging door met het uitspreken van El-Fatihah. Salim was erg verbaasd, omdat zijn broer Karim niet tegen hem praatte.
Salim ging naar zijn moeder en vroeg haar: “Mama, waarom praat Karim niet tegen mij?”
De moeder van Salim zei tegen hem: “Jouw broer is aan het bidden. Als een Moslim aan het bidden is, dan praat hij niet tegen andere mensen. Hij speelt ook niet tijdens het bidden, eet niet en drinkt ook niet.”
Salim zei toen tegen zijn moeder: “Maar ik hoorde hem wel praten, mama.”
De moeder van Salim zei: “Dat klopt, omdat hij El-Fatihah uitspreekt.”
Toen ging Karim buigen. Salim vroeg zijn moeder: “Wat doet mijn broer Karim nu?”
De moeder antwoordde: “Hij buigt.”
Daarna ging Karim weer staan. Kort daarna zag Salim zijn broer Karim op de grond knielen. Hij zag zijn broer tijdens het knielen zijn voorhoofd, zijn handen en zijn knieën op de grond doen.
Salim vroeg zijn moeder: “Mama, en wat doet Karim nu?”
De moeder antwoordde: “Hij knielt.”
Toen ging Karim zitten en Salim hoorde hem zachtjes iets zeggen. Daarna hoorde Salim zijn broer terwijl hij zijn hoofd naar rechts draaide zeggen: “Assalamoe ^alaykoem wa Rahmatoellaah wa Barakatoeh.” Zijn broer Karim zei dat weer terwijl hij zijn hoofd naar links draaide.
Karim ging toen zijn broer Salim knuffelen en zei tegen hem: “Nu kunnen we samen gaan spelen.”
Salim vroeg zijn moeder: “Mama, hoe kan het dat Karim nu wel tegen mij praat?”
De moeder antwoordde: “Omdat hij klaar is met bidden. Heb jij hem niet horen zeggen assalamoe ^alaykoem wa Rahmatoellaah wa Barakatoeh?”
Salim zei toen tegen zijn moeder: “Dus het gebed begint met het zeggen van Allahoe akbar en eindigt met het zeggen van assalamoe ^alaykoem.”
De moeder van Salim zei tegen hem: “Ja dat klopt, moge Allah jou zegenen mijn lieve zoontje.”
Salim vroeg zijn moeder toen: “Mama, hoeveel verplichte gebeden zijn er, dus hoe vaak moet een Moslim overdag en ’s avonds bidden?”
De moeder antwoordde Salim: “Vijf gebeden en dat zijn: Het Ochtendgebed, het Middaggebed, het Namiddaggebed, het Avondgebed en het Nachtgebed.”
Salim zei toen tegen zijn moeder: “Ik heb nu geleerd hoe het gebed wordt gedaan. Als ik zeven (7) jaar ben, dan ga ik de kleine wassing voor het gebed doen en bidden. Want ik hou van Allah mijn Schepper. En ik hou van de vijf gebeden, het Ochtendgebed, het Middaggebed, het Namiddaggebed, het Avondgebed en het Nachtgebed.”
