De geboorte van Jezus
Ibn Djarier en anderen hebben overgeleverd dat Maryam (Maria) op een dag geen water meer had. Ze vroeg haar neef, Yoesoef, de zoon van Ya^qoeb (1) om met haar mee te gaan om water te halen. Hij weigerde en zei dat hij genoeg had voor die dag, dus Maryam ging alleen water halen. Toen ze bij het water aankwam, zag ze de Engel Djibriel (Arabisch: جبريل), die door Allah naar haar gestuurd was in de gedaante van een man. Omdat ze dacht dat hij een mens was die haar kwaad zou kunnen doen, zocht ze haar toevlucht bij Allah tegen hem. Djibriel zei tegen haar: “Ik ben de Boodschapper van jouw Heer voor jou. Ik ben gestuurd om je een vroom kind te geven dat rein is van zonden.” Maryam zei tegen hem: “Hoe zou ik een zoon krijgen? Ik heb geen man en ik ben geen overspelige vrouw.”
Djibriel zei tegen haar: “Een kind scheppen zonder vader is een gemakkelijke zaak voor Allah. Allah zal hem tot een teken en een indicatie van de Macht van Allah voor de mensen maken. Hij zal hem zenden als een genade van Hem en een gunst voor degene die hem volgt en in hem gelooft. Het scheppen van hem is een zaak die Allah heeft gewild en voorbestemd heeft, dus het zal niet verhinderd of gewijzigd worden.”
Djibriel blies de ziel van Jezus (Arabisch: ^Iesaa, عيسى) in Maryam en de ziel van Jezus ging in haar baarmoeder. Maryam werd zwanger van Jezus, vrede zij met hen. Er is een verschil van mening over de duur van haar zwangerschap. Sommige geleerden zeiden negen maanden, sommigen zeiden acht en sommigen zeiden anders dan dat. Maar toen de tekenen van zwangerschap bij haar zichtbaar werden, werd haar neef, Yoesoef de Timmerman, verontrust en hij wist niet hoe hij die kwestie moest uitleggen.
Hij wilde haar niet beschuldigen van slechte zaken, want hij wist hoe vroom ze was. Maar als hij haar onschuld wilde verklaren, zag hij de tekenen van haar zwangerschap. Dus hij besloot om dit met haar te gaan bespreken. Hij vroeg haar: “Vertel me, zouden planten groeien zonder zaden? Zouden bomen groeien zonder regen? Zou er een kind zijn zonder een man?” Op al deze vragen zei Maryam “Ja”. Toen vroeg ze hem: “Wist je niet dat Allah de planten zonder zaden schiep op de dag dat Hij ze geschapen heeft? Wist je niet dat Allah de bomen de eerste keer zonder regen schiep? Wist je niet dat Allah Adam en Hauwwaa’ (Eva) schiep zonder vader of moeder?” Yoesoef wist van al deze dingen af en toen ze op deze manier reageerde, voelde hij zich verzekerd van haar onschuld en dat dit iets speciaals was dat haar door Allah was gegeven.
Toen de tekenen van haar zwangerschap duidelijk werden, ging Maryam weg van haar volk. De weeën van de geboorte leidden haar naar de stam van een dode palmboom. Uit haar verlegenheid voor de mensen en uit angst dat ze haar zouden beschuldigen van iets lelijks, wenste ze dat ze dood was en dat er geen spoor van haar te vinden was. De Engel Djibriel riep haar en troostte haar.
Hij vertelde haar dat Allah een riviertje onder haar liet lopen waaruit ze kon drinken. En als ze aan de stam van de dode palmboom naast haar zou schudden, zou deze groen worden en zouden er vochtige dadels naar beneden vallen waarvan ze kon eten en waardoor ze gevoed kon worden.
Djibriel vertelde haar ook dat wanneer ze met haar zoon iemand tegen zou komen die haar vragen over hem stelt om dan zonder te spreken aan te gebaren dat ze een gelofte had gedaan om die dag met geen mens te praten.
Die dag beviel Maryam van haar zoon, Jezus, vrede zij met hem. Veertig (40) dagen later droeg ze hem op haar arm en ging terug naar haar volk. Ze beschuldigden haar van ontucht. Als reactie wees Maryam naar haar zoon, waarmee ze wilde zeggen dat ze met hem moesten praten. Ze waren hier boos over en dachten dat ze hen bespotte door hen te vragen met een 40 dagen oude baby te praten die in een kleine wieg lag. Hierop liet Allah Jezus spreken. Hij zei:
﴿ قَالَ إِنِّي عَبْدُ اللَّهِ آَتَانِيَ الْكِتَابَ وَجَعَلَنِي نَبِيًّا (30) وَجَعَلَنِي مُبَارَكًا أَيْنَ مَا كُنْتُ وَأَوْصَانِي بِالصَّلَاةِ وَالزَّكَاةِ مَا دُمْتُ حَيًّا (31) وَبَرًّا بِوَالِدَتِي وَلَمْ يَجْعَلْنِي جَبَّارًا شَقِيًّا (32) وَالسَّلَامُ عَلَيَّ يَوْمَ وُلِدْتُ وَيَوْمَ أَمُوتُ وَيَوْمَ أُبْعَثُ حَيًّا (33) ﴾
Dat zijn de Aya’s (Koranverzen) 30-33 van Soerat Maryam en betekenen: [Ik ben een dienaar van Allah. Hij zal het Boek aan mij openbaren en mij tot een Profeet maken. Hij zegende me waar ik ook ben. In de regels die aan mij zijn geopenbaard, zal speciale aandacht worden besteed aan Gebeden en Zakat. Allah heeft voorbestemd dat ik vriendelijk zal zijn voor mijn moeder en geen tiran met een slecht einde. Vrede zal met mij zijn op de dag dat ik geboren ben. Vrede zal met mij zijn op de dag dat ik sterf en op de dag dat ik weer tot leven wordt gewekt.]
Toen de mensen van Maryam dat hoorden, onthielden ze zich van het schaden van haar of de Profeet Zacharias, over wie ze lelijke beschuldigingen hadden geuit. Nadat de Baby Jezus deze woorden had gesproken, sprak hij niet meer totdat hij een leeftijd bereikte waarop kinderen normaal gesproken beginnen te praten.
De spraak van Jezus vanuit de wieg was een voorbereiding en een teken van zijn geloofsovertuiging en zijn aankomende Profeetschap. Dat is wanneer hij de mensen zou oproepen tot het geloven in Allah, Degene Die geen partner heeft. En om te geloven in de Boodschap van Jezus, dat hij de Dienaar en de Boodschapper van Allah is. De eerste woorden die hij sprak waren: “Ik ben een Dienaar van Allah.”
(1) Yoesoef die hier genoemd wordt, is een vrome Moslim. Het gaat hier niet over de Profeet Yoesoef, dit is een andere persoon.